gruitere
►gruitere
gruitere - ww
van De Gruyter naar De Gruyter kuieren –
pantoffelparade; aachter de mèskes aon in de Heuvelstraot
(Frans Verbunt;
TILBURGS VUR TONPRAOTERS EN AANDERE
SAAWELEERS - Grôot Woordeboek van
de Tilburgse Taol zeuvende perbeersel, 1996)

Links: het pand van De Gruyter op de
hoek met de Heuvel; rechts, De Gruyter op de Markt
WTT
gruitere
ww., zw.
Frans Verbunt - heen-en-weer wandelen
van de winkel van De Gruyter aan de Markt naar die op de Heuvel,
v.v., de pantoffelparade in de Heuvelstraat.
(TT 116) Later sprak men van 'een
Heuvelstraatje pikken' of van 'mèskesmèrt'.
Gruitere was een echt Tilburgs
volkswoord.
Wie het zoekt (2011) met google krijgt
slechts twee treffers: beide Tilburgs van oorsprong en op CuBra
gepubliceerd:

De
spelling Gruyteren komt ook zeer bescheiden op Google voor,
maar het betreft dan vaak een familienaam 'Gruyteren' en niet de
hier bedoelde wandeling door de Heuvelstraat. Bijvoorbeeld:

Dat 'gruitere'
niet vergeten is, bewijst echter deze ene treffer op Google,
uiteraard van een Tilburgse website:

Goed getòld
P. de Gruyter ('Pietje den dief')
vestigde zich in 1909 in de Heuvelstraat en had er later aan de twee
uitersten van de straat een vestiging. De Bossche grootgrutter kreeg
later nog meer winkels in Tilburg, zoals aan de Gasthuisring en in
de Goirkestraat. In de Heuvelstraat was De Gruyter een fenomeen
vanwege het gruitere. Steeds paradeerden de meisjes en de jongens in
groepen tussen de twee winkels op en neer door de Heuvelstraat. In
het voorbijgaan werd naar elkaar gelonkt. Het was een manier om
(vluchtig) met het andere geslacht kennis te maken. (Goedgetòld,
diksjenèèr van de Tilbörgse taol; Paul Spapens, Gerard Steijns,
Wil Sterenborg, Frans Verbunt; 2004)
Pierre van Beek
Wel specifiek Tilburgs moet het
werkwoord "gruiteren" zijn, al kunnen wij ons niet herinneren het
ooit te hebben gehoord. Het zou duiden op de vroegere
pantoffelparade in de Heuvelstraat. Dat was het heen en weer
wandelen van jongelui tussen de beide winkels van De Gruyter. Er
bevond er zich immers één op de hoek van de Heuvel en één bij de
Markt, die er nog is. In onze jeugd noemde men die pantoffelparade:
"een Heuvelstraatje pikken" en méér kernachtig dan fijngevoelig: "mèskesmert"
oftewel: "meisjesmarkt". Met die vertaling verliest het woord echter
heel zijn locale kleur.
GRUYTEREN
"Toen wij 16 waren toen moest ik dan om
negen uur thuis zijn, we konden nooit naar de bioscoop en dan gingen
we maar naar de Heuvel, op en neer lopen van de Gruyter naar de
Gruyter. Elke keer als je wat ouder werd mocht je een half uur later
thuis komen."
Vanaf een jaar of 16 speelde de
vrijetijdsbesteding van jongeren zich dus niet alleen meer af binnen
de kaders van het gezin, de parochie of de buurt. Het stadscentrum
met een geheel ander aanbod van vermaak ging een steeds
belangrijkere rol vervullen. De in aantal toenemende
dansgelegenheden en bioscopen waren voornamelijk hier gevestigd.
Maar het stadscentrum, met de Heuvel en de Heuvelstraat als
belangrijkste trekpleisters, fungeerde ook als ontmoetingsplek voor
jongeren.
Niet alleen als alternatief wanneer de
bioscoop of de dansavond niet betaald kon worden, maar ook omdat het
aantrekkelijke mogelijkheden voor vertier bood. Het zogenaamde 'Gruyteren'
was in dit opzicht favoriet. De aan weerszijden van de Heuvelstraat
gelegen winkels van de Gruyter vormden het begin- en eindpunt van de
favoriete looproute van Tilburgse jongeren op zaterdag- en
zondagavond. 'Oh, dat hebben we ook dikwijls zat gedaan van de
Gruyter naar de Gruyter gelopen, ontelbare keren op een avond. Daar
gingen wij een meisje zoeken zeg maar, dat was vroeger zo'. (Van
patronaat tot soos, Een studie naar de reproduktie van jeugdcultuur
in een katholieke industriestad;
Marcus Cornelis Maria van den Heuvel; 1993)
Haand in haand
De meeste katholieken conformeerden zich
in ieder geval voor het oog der wereld aan de kerkelijke
richtlijnen. Toen ze nog nie getrouwd was, kuierde ze meej Piet
iederen zondag van Gruyter nor Gruyter. Haand in haand. Och jè, af
en toe vatte hij heur vaast in 'n portoltje, mar daor bleef't bij.
Gin kènder vur oew trouwe.
(Stad met een levend verleden;
Cock Gorisse (red.), 2001)
Ervaringsdeskundige Elie
van Schilt
Ons scharrelterrein om ut
zo mar te noemen was "De Heuvelstraot". Aon de kaant van dun Heuvel
op dun hoek tegenover de Hema laag toen unne winkel van De Gruyter,
on dun aandere kaant van de Heuvelstraot, dus aon de kaant van de
mert, laag ok unne winkel van De Gruyter, en dees stuk van de straot
was de plek waor wij 's zaterdags en 's zondags liepen te lopen om
naor de medjes te kèèken en de medjes keken naor ons natuurlijk,
want die kwamen ok naor de Heuvelstraot om unne vrijer op te doen.
Soms moeste wel unne keer
of zis op en neer van De Gruyter naor De Gruyter vur ge iets
gevonden had waor ut mee klikte. We hadden toen nie van die
draogdingen waor muziek uit kwaam, wij zongen er zelf wel un liedje
bij. (...)
Dikwels was ut medje opgedaon bij ut lòòpen van De Gruyter naor De
Gruyter mar vur ene aovond, mar ik ken er ok zat die zen er
inmiddels onderhaand veftig jaor mee getrouwd. (Uit: ‘Van de Gruyter
nao de Gruyter’; CuBra ca. 2000)
Resultaten?
Dat het 'gruitere' inderdaad tot
echtelijke verbintenis heeft geleid, mag blijken uit onderstaand
bericht van een genealogische webpagina:
Het betreft: Jacobus Petrus van den
Bemt (..) Op zoek naar werk is het gezin van den Bemt omstreeks de
dertiger jaren in Tilburg aangekomen en hebben zich daar voorgoed
gevestigd. Ko van den Bemt maakte op 16-jarige leeftijd al vrij snel
kennis met zijn latere echtgenote Joke Embregts. Ko en Joke leerden
elkaar kennen tijdens het, in de Tilburgse volksmond geheten
Gruyteren, in de Heuvelstraat te Tilburg, en achter de Hasseltse
Kapel was hun vrijersplaatsje en daar spraken zij meermalen af om
later samen door het leven te gaan. Vroeger, zo vertelde dochter
Phela, wezen ze mij daar altijd het plekje aan waar ze elkaar voor
het eerst gekust hadden. In het Tilburg van na de 2e Wereldoorlog
was er voor de Tilburgse jeugd niet zoveel te beleven. In hun vrije
tijd werd er dan ook veel geslenterd in de Heuvelstraat van de
Gruyter aan de Markt tot aan de Gruyter op de Heuvel en weer terug.
Veel Tilburgse jongeren hebben op die wijze hun latere levenspartner
leren kennen.
Meer informatie over Jacobus en
Johanna en hun trouwfoto:
KLIK
HIER
|
Kijken
Hans
Rube
Onze
blikken kruisen elkaar bijna elke ochtend. Op weg naar ons werk,
tenminste dat is de veronderstelling.
Meestal
passeren we elkaar halverwege de Noordstraat. Een korte knik en we
gaan vervolgens spoorslags ieder onze weg, richting het eerste kopje
automatenkoffie van de zaak.
Een
enkele keer missen we elkaar net, dan is hij al op weg naar het
Radiopleintje, terwijl ik de hoek nog moet nemen.
Het is
een van de vele bekende gezichten op straat. Na verloop van jaren is
het net of al die onbekende personen bij de kennissenkring zijn gaan
horen.
Zoals
die massa aan treinreizigers die elke ochtend net voor 9 uur de stad
in stroomt. Je herkent de ambtenaar die altijd op dezelfde tijd op
weg is naar het Stadhuisplein, de filiaalmanager uit de Heuvelstraat
en de werknemer van de Twern.
Zo moet
het ook rond 1930 in de Heuvelstraat zijn geweest. Tenminste, dat
maak ik op uit een reactie van een lezer. Toen liepen horden
Tilburgers van de Heuvel
op vaste
tijden naar de Oude Markt.
"Gruiteren
noemden we dat", zo vertelt hij.
In die
tijd zaten er nog veel zaken van Piet de Gruyter in de stad. Op de
hoek van het Besterdplein, daar waar nu schoenen worden verkocht,
ook de Gasthuisring en Korvel hadden een filiaal van het
kruideniersbedrijf.
Op de
Heuvel zat nog een De Gruyter en tegenover de Oude Markt in de
Heuvelstraat was de tweede vestiging van de keten in het centrum.
Tussen deze twee winkels werd dus 'gegruiterd'.
"De
meiden liepen in groepjes en de jongens ook", zo legt de man uit.
„Toen waren er nog stoepranden in de Heuvelstraat, met een weg
ertussen. Je kon daar je enkel op omzwikken."
"Er werd
toen veel tegen elkaar gezegd Kijkt eens of 'ie kijkt, en als 'ie kijkt
niet kijken. Maar dan op z'n Tilburgs", haalt hij een bekend
zinnetje aan. Ook nu, tachtig jaar later, lopen sommige Tilburgers
wekelijks van Heuvel naar Oude Markt. En altijd keurig in het gelid.
Van de Heuvel richting de Oude Markt aan de
kant van V&D en terug aan de kant van de HEMA. Probeer het niet
andersom te doen, want dan kijkt iedereen je kwaad aan!
Nog
steeds willen ze allemaal kijken, naar elkaar. En als ze gezien
zijn, dan moet je vooral niet omkijken, want dan kunnen ze ook niet
zeggen dat je gekeken hebt.
Het
typische is dat je ook in die drukke winkelstraat toch steeds weer
dezelfde gezichten ziet. Net als 's morgens. Het zijn bijna kennissen
geworden, die kijkers.
Deze column verscheen oorspronkelijk in de rubriek
‘Stadsleven’ in het Brabants Dagblad/ Tilburg Plus van 11
oktober 2011
|